Aanwezigheid als Grondkwaliteit.

Inleiding in Aanwezigheid.
In onze reeks over meditatie hebben we een onderscheid gemaakt tussen shamatha meditatie en vipasyana meditatie. Meditatie heeft tot doel om onze ‘verborgen bloei’ te ontwikkelen. Eén van de kwaliteiten van de verborgen bloei is Aanwezigheid of Presentie ( van het Engelse ‘Presence’).

Aanwezigheid is een Zijnskwaliteit en de ervaring van de kwaliteit is er een van Hier-Zijn. Het is de eenvoudige ervaring van ‘ik ben hier’. Wat betekent het om hier te zijn. Als je zegt’ ik ben hier’ of ‘ik ben aanwezig’, ook al is het een eenvoudige ervaring, toch is dit niet zo allerdaags als het in eerste instantie lijkt.
Aanwezig zijn is niet helemaal hetzelfde als gewaar zijn, maar als je aanwezig bent, ben je gewaar. Als je aanwezig bent vergroot je gevoel van hier te zijn als f je gevuld wordt met een bepaalde substantie die we omschrijven als gewaarzijn. Het is een heel tastbare kwaliteit die je heel fysiek kunt ervaren. Je kunt stellen dat aanwezigheid de meest directe ervaring is van je Zijn of ware natuur. Het is een experiëntiële kwaliteit die elk moment toegankelijk is.

Aanwezigheid is meer dan de totaliteit van je emoties, gedachten en sensaties.
Enerzijds is ze heel duidelijk ervaarbaar omdat het een heel tastbare kwaliteit is, anderzijds is ze niet zo gemakkelijk te omschrijven omdat ze geen emotionele component heeft, niet een welbepaalde sensatie of een bepaald verhaal. Aanwezigheid is een aspect van je ervaring dat je niet kunt herinneren, je kunt het enkel ervaren in het moment zelf. Als het aanwezigheidsmoment voorbij is kun je enkel je gedachten, beelden, gevoelens of sensaties herinneren. Het gevoel van aanwezigheid zelf is verdwenen.
Aanwezigheid is aanwezig in andere essentiële kwaliteiten zoals mededogen of kracht. Als jij je deze kwaliteiten herinnert kun je het element Aanwezigheid nooit opnieuw construeren in je geest. Als je het zou kunnen, zou het niet langer een herinnering zijn maar een ervaring van Aanwezigheid.

Aanwezigheid heeft iets paradoxaals. Je kent het op het moment dat je het ervaart en je aanwezig bent. Vandaar de naam aanwezigheid.

Kenmerkend aan deze ervaring is dat je gewaarzijn eveneens groter is. Je zintuiglijke waarnemingskanalen zijn wakkerder en je neemt alles scherper waar. Vandaar dat je deze kwaliteit kunt ervaren in momenten van verwondering of in de ervaring van esthetische schoonheid.

Aanwezigheid doorheen je emoties en je lichaam.
Als je ervaring een bepaalde emotionele diepgang en intensiteit heeft, kun je aanwezigheid ervaren. Als je de emotionele staat volledig doorvoelt en ze niet afwijst of tracht te controleren, maar het gevoel volledig doorvoelt met je hele wezen en er op een spontane manier in aanwezig bent zonder oordeel of terughoudendheid, dan ervaar je aanwezigheid. Als jij jezelf volledig toestaat om dit gevoel te ervaren kun je aanwezigheid ervaren. De gevoelsinhoud kan plezierig zijn zoals in vreugde of juist heel pijnlijk zijn zoals bij het verlies van iemand die ons dierbaar is. Als je aanwezig bent ervaar je de diepte van het gevoel, de totale draagwijdte ervan, omdat je er helmaal in aanwezig bent en niets achter houdt van jezelf. Je geeft jezelf helemaal aan dit gevoel. Het lijkt vaak of het gevoel zelf voller wordt als je er dieper in afdaalt en je meer contact maakt met de aanwezigheid die oprijst in het gevoel zelf. Het gevoel of de emotie is niet de aanwezigheid, wel de mate waarin jij betrokken bent in je ervaring. Wat je ervaart is de eigenlijke aanwezigheid die tastbaar en duidelijk is. Aanwezigheid is een tastbare aanwezigheid en het is aanwezig in het centrum van de emotie. Je voelt jezelf aanwezig in het centrum van de emotie. Het vreemde is dat hoe meer je aanwezig bent in de emotie, hoe minder je jezelf erin verliest. Een overemotionaliteit is geen expressie van aanwezigheid. Aanwezigheid verwijst naar wat in de meditatieve tradities ‘ het aanwezig zijn met’ wordt genoemd. Hierbij is er sprake van een grote contactvolheid met je ervaring zonder jezelf erin te verliezen of de tendens om deze voortdurend te uiten. Aanwezigheid heeft dus niets te maken met emotionele catharsis. Aanwezigheid ervaren in je emotie betekent dat je aanwezigheid het gevoel doordringt en je lichaam vult.
Je voelt aanwezigheid ook in je lichaam. Als aanwezigheid in je lichaam oprijst, ontstaat er een heel intens contact met je lichaam en ben je in staat om heel gericht te handelen. Het contact me je lichaam wordt heel direct en je kunt je lichaam heel efficiënt en gericht gebruiken. Het lijkt alsof je lichaam gevuld wordt met een bepaalde kracht of energie die heel concreet en tastbaar is een zeer onmiddellijk.
Het doel van de shamatha meditatie is om deze kwaliteit te ontwikkelen. Het aanwezig blijven bij je ademhaling bijvoorbeeld, brengt je terug naar het moment nu en je onmiddellijke gevoelde ervaring.

Aanwezigheid in anderen en de omgeving.
Sommige mensen zijn meer aanwezig dan anderen: ze hebben een grotere aanwezigheid. Aanwezigheid moet je niet verwarren met charisma. Sommige charismatische mensen hebben aanwezigheid, andere hebben een groot ego. Aanwezigheid is niet een opdringerige of luidruchtige kwaliteit van een groot ego te hebben. Aanwezigheid is niet afhankelijk van wat iemand doet om de aandacht te trekken. Het is iets anders dan de glitter en het uitwendige aspect van iemands verschijning. Aanwezigheid is meer dan de expressie van een bewuste intentie. Aanwezigheid kun je dus voelen in anderen of bepaalde plaatsen of in groepen mensen. Ik herinner me een ervaring waarin één van mijn leraren, Chino Roshi, die ik net had leren kennen, s’ochtends in de meditatie ruimte binnen stapte. Hij was heel stil, maar als hij binnen kwam en ging zitten, werd de ruimte gevuld met een heel rustige, krachtige aanwezigheid. Dezelfde aanwezigheid kun je ervaren op plaatsen waar mensen geleefd hebben met een grote aanwezigheid, alsof ze die plaats opgeladen hebben met aanwezigheid. Je kunt aanwezigheid (nog)niet meten met externe meetinstrumenten, maar de aanwezigheid van de ander kan je eigen aanwezigheid wakker maken of stimuleren. Hierbij is er veeleer sprake van resonantie dan van een causale oorzaak-gevolg relatie.

De ervaring van Aanwezigheid.
Aanwezigheid in jezelf is de directe onmiddellijke ervaring van je eigen bestaan. Het is een direct zeker weten dat je hier bent, zonder gebruik te maken van je geheugen of deductie.
Het is niet ‘ik ben hier’ omdat….. Het meest directe contact met aanwezigheid is als je direct invoelt in je lichaam, waarbij jij je fysieke bestaan nu op dit moment ervaart. Het is niet zozeer dat je een deel van je lichaam ervaart of dat jij je lichaam ervaart, je ervaart jezelf als je invoelt in je lichaam. Je voelt met andere woorden je aanwezigheid in en doorheen je lichaam. Het is een direct weten door te Zijn. Ik ben hier omdat ik mezelf ervaar die hier is op dit moment. Het is heel eenvoudig en direct, maar niet iets wat je met je geest kunt construeren. Aanwezigheid is hier zijn en gewaarzijn en een direct kennen., waarbij de drie ervaringen gecondenseerd zijn in een totale ervaring. Het feit dat je hier bent, verschilt niet van het gewaarzijn van jezelf, dat niet verschilt van het weten dat je hier bent.
Als je jezelf kent als de lezer van dit artikel zonder dat je opmerkt dat je aan het lezen bent, ben je niet aanwezig. Als je gewaar bent van de sensaties van het lezen in en doorheen je lichaam, maar als je dit niet ervaart als jezelf, maar het observeert vanop een afstand dan ben je niet aanwezig.
Als je weet dat jij dit artikel leest maar niet bewust bent van hoe dit gebeurt, ervaar je geen aanwezigheid. Je ervaart aanwezigheid als je op dit moment in de ervaring van het lezen van dit artikel bent.
Aanwezigheid kan heel spontaan gebeuren in je meditatie of je dagelijkse leven zonder dat je het opmerkt. Vanuit aanwezigheid gezien is de staat van afwezigheid te vergelijken met een onbewuste staat of een slapende staat. Je valt in slaap ten aanzien van je aanwezigheid of je aanwezigheid slaapt in jou omdat je het niet opmerkt en het tot leven wekt.

Het in slaap vallen voor aanwezigheid.Multi-tasking, de religie van het consumeren en spiritueel materialisme.
In onze huidige tijd is ‘multi-tasking’ de grote rage. Je doet veel dingen gelijktijdig. Je ontbijt, leest de krant en je e-mail, overloopt de planning van de dag met je partner, allemaal op hetzelfde moment. Onze cultuur is zelfs trots op deze verwezenlijking. Maar beseft niet dat dit ten koste gaat van het vermogen om Aanwezig te zijn. Voor veel mensen is het een eerste stap om maar één ding tegelijk te doen. We hoeven dit niet van de externe omstandigheden af te laten hangen, we hebben hier zelf ook onze eigen inbreng in.
Een kwaliteitvol leven is dan misschien wel niet zoveel mogelijk dingen op hetzelfde moment te doen, want dan kun je nergens van genieten. Een kwalititeitvol leven is een leven dat je leeft met aandacht en aanwezigheid. Waarbij je kunt genieten van hetgeen je doet en waarbij je leert stilstaan bij de eenvoudige en kleine dingen van het leven. Hoe meer we aan multitasking doen, hoe meer we het nodig lijken te hebben om op zoek te gaan naar allerlei vormen van genot.

Sulak Sivaraksa spreekt in deze context over ‘ de religie van het consumeren’ waaraan we tegenwoordig ten prooi lijken te vallen. De primaire maatstaf waarin we iemands leven afmeten is door te kijken hoeveel geld en bezittingen deze persoon heeft. Sivaraksa noemt dit de liturgie van de religie van het consumeren. Voor de auteur is persoonlijke en spirituele groei eveneens gerelateerd aan een sociaal welbevinden. Hij stelt dat je andere levende wezens dient te respecteren en dat persoonlijke verwezenlijkingen ten koste van anderen vermeden dienen te worden. Overconsumptie is niet de maatstaf, wel een respect voor en een dankbaarheid jegens de natuur en een dankbaarheid voor het leven. In Sivarasa’s wereldbeeld staat ‘sunak’, een Thais woord voor ‘genieten van het leven op een ontspannen manier’, centraal. Coöperatie en niet competitie staat hierbij centraal.
Dit consumeren slaat niet alleen op de overconsumptie van materiële goederen en diensten, maar ook op het consumeren van onze emotionele, mentale en spirituele ervaringen. Chogyam Trungpa, een Tibetaanse leraar, sprak in deze context over spiritueel materialisme. Het is de tendens van het ego om spiritualiteit te bekeren tot iets wat het ego kan gebruiken. Het is de teneur om spirituele ervaringen en leringen te verzamelen. Hierdoor maken we er externe objecten van, die we kunnen aanwenden en gebruiken. Als we iets horen wat ons niet aanstaat, bedekken we het snel en we halen er enkel datgene uit wat ons aanstaat en bruikbaar is voor onze eigen projecten. Het is belangrijk om in te zien dat het centrale punt van ieder spirituele beoefening erin bestaat om uit de bureaucratie van het ego te stappen. Veelal doen we spirituele oefeningen en allerlei andere cursussen om iets te krijgen of te bereiken en dit is spiritueel materialisme. Het gaat om iets te krijgen, te verkrijgen, te verwezenlijken of te worden, maar we gaan fundamenteel voorbij aan wie en wat we zijn. We blijven onze blik naar buiten richten zonder naar binnen te kijken. We zoeken onze ware natuur buiten onszelf en blijven het zien als iets externs, wat we moeten verkrijgen of bekomen. We blijven onze ware natuur zodoende ontkennen en we blijven als het ware arm. In onze poging om onszelf te verrijken en iets toe te voegen aan onszelf, blijven we onszelf als arm zien en we zien onze interne rijkdom niet.

Bronnen:

  • A.H. Almaas, Facets of Unity, 1998 diamond Books, Berkely.
  • A.H. Almaas, Essence, 1986 Samuel Weiser Inc, Maine.
  • Stephen Gilligan, The courage to love, principles and Practices of Self-relations psychotherapy.
  • Chogyam Trungpa, Cutting Through Spiritual Materialism, 1973 Shambhala Publications, Boston London.
  • Sulak Sivaraksa, Seeds of Peace – A buddist vision for renewing society, 1992 Parallax Press, Berkely.